Nu schiet me ineens te binnen dat ik het nog helemaal niet over de liefde heb gehad. En dat terwijl de liefde toch de drijvende kracht is achter het ontstaan van bijna de gehele wereldliteratuur!
Odysseus en Penelope (Homerus), Lancelot en Guinevere (Chretien de Troyes), Heathcliff en Cathy (Emily Bronte), Humbert en Dolores Haze (Nabakov) Romeo en Julia (Shakespeare), Florentino Arizo en Fermina (Gabriel Garcia Marquez), we hadden ze allemaal niet gekend zonder de liefde.
Toch is het lang niet allemaal rozengeur en maneschijn wat de klok slaat. In de meeste, wereldbekende voorbeelden is er sprake van een onbereikbare, onmogelijke of onbeantwoorde liefde. Juist het ontbreken van tastbare, denkbare en wederzijdse liefde levert de meest schitterende literatuur op. Het verlangen, de begeerte, het smachten en hunkeren naar de enige en ware liefde blijkt schrijvers te inspireren tot het construeren van prachtige taal, terwijl ze er tegelijkertijd doodongelukkig van worden. Wat is dat toch?
Het meest tragische voorbeeld van een onbeantwoorde liefde vind ik echter in onze eigen Nederlandse literatuur.
In het schitterende gedicht ‘Heet van de naald’ van Max de Jong, begint de ongelukkige hoofdpersoon vol zelfbeklag:
Ach hoe kan ik nu ook schrijven
zij is getrouwd met een ander
en heeft kinderen
zoals het moet
Ach hoe kan ik nu ook schrijven
zij is getrouwd met een ander
en heeft kinderen
zoals het moet
we zijn elkaar misgelopen
ik heb het verkeerd gedaan
ik was te zwaar geïmponeerd
dan doe je alles fout
ik heb het verkeerd gedaan
ik was te zwaar geïmponeerd
dan doe je alles fout
Op eenvoudige maar hartverscheurende manier beschrijft hij zijn diepe verlangen naar en bewondering voor deze vrouw:
zij had haar
en zij had ogen
welke de juiste kleur hadden
namelijk zwart
zij had haar
en zij had ogen
welke de juiste kleur hadden
namelijk zwart
Met blonde vrouwen vrijen
is zoiets als homosexualiteit
het is onzedelijk
het heeft geen zin
is zoiets als homosexualiteit
het is onzedelijk
het heeft geen zin
Bij zulk een vrouw
heeft kinderen krijgen
zin omdat men zich er
iets van voor kan stellen
heeft kinderen krijgen
zin omdat men zich er
iets van voor kan stellen
In het vervolg komt hij tot de slotsom dat hij wel moet schrijven om in zijn levensonderhoud te voorzien, maar dat het behalve geld weinig oplevert:
een schrijverschap waar het
centrum aan ontbreekt
blijft noodzakelijkerwijze
aan de periferie
een schrijverschap waar het
centrum aan ontbreekt
blijft noodzakelijkerwijze
aan de periferie
had ik haar gekregen
dan had ik vermoedelijk
de Nobelprijs
op mijn sloffen gehaald
dan had ik vermoedelijk
de Nobelprijs
op mijn sloffen gehaald
Tenslotte vraagt hij zich wanhopig af:
heb ik nu een idée fixe
ben ik bevangen in een waan ofwel
een paranoia
heb ik nu een idée fixe
ben ik bevangen in een waan ofwel
een paranoia
ach nee toch zeker
Zij was werkelijk uniek
dat kan toch ook
mathematisch gezien
moet één de beste zijn
dat kan toch ook
mathematisch gezien
moet één de beste zijn
Bij het herlezen van dit gedicht schoten de tranen me opnieuw in de ogen. Natuurlijk had ik ontzettend te doen met de hoofdpersoon. Ik kon me zo goed voorstellen hoe schrijnend het is om te moeten schrijven om in je levensonderhoud te voorzien, terwijl je weet dat al je gezwoeg tot niets leidt. En hoe pijnlijk is het niet om te zien dat de vrouw van je dromen bestaat, maar in de handen is gevallen van een ander, omdat je de moed niet had haar aan te spreken en te benaderen. Maar mijn tranen hadden nog een tweede oorzaak.
Ik ken niet dat verlangen
naar een onbereikbare liefde
noch de noodzaak om te schrijven
om mezelf te bedruipen
al heeft zij niet de schoonheid van Penelope
niet de dromerigheid van Cathy
mathematisch gezien is Tinie de beste
de Nobelprijs kan mij niet ontgaan